Vreemdeling

Ongenadig brandt de zon op het dak van mijn auto waarin ik lig te slapen aan de rand van een Hamburgs parkeerterrein. Binnen loopt de temperatuur op tot een broeierige, plakkerige hitte die me wekt uit mijn powernapje.
Er klopt iets niet. Er is iemand in mijn auto die er niet hoort te zijn. Mijn ogen houd ik nog even stijf dicht. Tijd winnen. Nadenken. Shit, dit is niet goed: ik word wakker in mijn auto en ik ben niet alleen. Paniek. Shht, houd je nog even slapend. Denk na. Wat nu?
auto_06

Ik ben onderweg naar huis na een zenretraite waar ik zes dagen lang hooguit vier uur per nacht geslapen heb. Waarbij ik het zittend slapen op mijn meditatiekussen even niet meetel.
De eerste uren van de terugreis verlopen vlot. Slaaptekort geeft een vreemd soort alertheid, een aangename gewaarwording. Tot de file opdoemt. Uren aanschuiven. Bumper aan bumper tot de flessenhals van de tunnel. Heelhuids haal ik het einde van de tunnel, maar dan kan ik mijn ogen niet meer openhouden. Tijd dus voor dat powernapje.
Ik rijd naar een afgelegen hoekje op het eerste het beste parkeerterrein, haal mijn hoofdkussen – ik sjouw mijn tempurkussen overal mee naartoe – uit de koffer, leg de autostoel zo plat als ik kan, en installeer me voor een uurtje rust. Even dutten, dan kan ik de rest van de reis veilig verder.

De hele reis heen en terug naar Denemarken, was een deel van de uitdaging. Zou ik dat kunnen, zo helemaal alleen? Superspannend vond ik het. Wel stoer ook. Wat had ik te bewijzen? Hier lig ik nu, rampscenario’s af te spelen in mijn hoofd: wat is deze man in mijn auto van plan? Want dat het een man is, daar ben ik ondertussen wel zeker van. Ik hoor zijn adem en voel een arm die niet de mijne is naast mijn hoofd. Wat wil hij? Geld? Mijn leven? De stilte staat bol van dreigend geweld.

Ik weet niks te bedenken, ik ben compleet weerloos. Als het verkeerd moet aflopen, kan ik daar nu niets meer aan veranderen. Het was mooi, deze sesshin, en hier houdt het dan op. Had ik maar niet zo bijzonder moeten willen wezen.

Ik betast nog eens die vreemde arm naast me, en loer door mijn wimpers, kijk of ik mijn belager kan zien. Niemand. Er is niemand. Ik ben alleen in de auto. De arm die niet van mij is, is wel van mij. De arm is dood en doof door mijn rare slaaphouding in de autostoel. Ik knijp erin en nog eens en nog eens. De arm komt een beetje tot leven en begint te tintelen. Ik voel het: ja, het is mijn eigen arm.

Alle endorfines van het vele mediteren, de hitte, het slaaptekort, de angst en de opluchting blijken een explosieve cocktail. Haast high en in een trance van superfocus rijd ik de volgende zevenhonderd kilometer in één ruk door naar huis. Het stuur in mijn handen geklemd, zoef ik zonder snelheid te minderen door de bochten. Verlichting in een autogame. Need for speed.

Geplaatst in: Blog

2 gedachten over “Vreemdeling

Laat een reactie achter bij RimpelingenReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.