Superwoman?

Ik had al een nachtdienst staan voor deze zondag. Afgelopen woensdag kreeg ik daar ongevraagd een triageshift bovenop voor de maandag na deze zondagnacht. Niet leuk, maar hey, dat flikken we wel.
Tot ik er gisteren per mail nóg een wachtdienst bovenop kreeg, zodat ik op minder dan een week tijd drie shiften mag draaien, waarvan twee op minder dan een week vooraf aangekondigd. Dat is me een beetje te gortig, de hakken gaan in het zand. Zoveel onvrijheid verdraag ik slecht. Zijn dokters tegenwoordig werkvee dat je ongestraft kunt laten aanrukken zonder overleg?
De vriendelijke suggestie in de mail dat ruilen altijd mogelijk is, is natuurlijk je reinste illusie. Wie gaat op zo’n korte termijn een ruil accepteren?

We zitten midden in de pandemie, worden op de praktijk overspoeld door telefoontjes, de winter moet nog komen, we houden ons hart vast. Als we zo onze huisartsen gaan verslijten, komt dit niet goed.
In alle redelijkheid: dit is niet redelijk.
Het lijkt wel alsof men ervan uitgaat dat wij naast het werk een blanco agenda hebben? Deze week had ik nochtans een nascholing gepland en een avondje met mijn man. Heel belangrijk, anders verlies ik mijn accreditering, of erger: vraagt mijn man aan het einde van de pandemie de echtscheiding aan wegens verregaande verwaarlozing.
Van een heerlijk ochtendje in The School of Life kom ik weer helemaal tot mezelf en kruipt de frustratie terug in zijn hok. Aangespoord door inspirerende teksten als ‘How to grow your No’ en boektitels als ‘Sorry dat ik te laat ben, maar ik wilde eigenlijk niet komen’, besluit ik dan maar tot een hoogstnoodzakelijke zelfzorgactie. Met de zelfkennis die ik in 52 jaar opgedaan heb, weet ik al lang dat ik geen superwoman ben: twee nachtdiensten op één week, dat trek ik nog wel, maar die triageshift ga ik niet doen.
Werkweigering? Nee, lijfsbehoud!

Oplossing? Ik weet het ook niet, je kunt geen blik huisartsen blijven opentrekken.