Koesteren

Er zijn zo van die momenten dat je als ouders ongegeneerd en schaamteloos mag blaken van trots, en dit was zo’n moment. Apetrots zijn we op die twee zonen van ons en op de mijlpalen die ze bereikt hebben. De ene legde onlangs zijn eed af als officier, en de andere behaalde een master in de biofysica en rijfde tussen neus en lippen door nog een onderzoeksbudget binnen van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen waar hij de komende jaren in Leuven mee aan de slag kan in de strijd tegen Alzheimer.

Het ene heuglijke feit ging al met meer show gepaard dan het andere want afstuderen in Covid tijden, daar valt niet veel feestelijks aan te beleven. Zo’n eedaflegging aan de KMS in Brussel daarentegen is een en al pracht en praal. Want show maken, dát kunnen ze, die militairen. Met de pluimen op de hoed en de sabel in de hand marcheerde het jeugdig geweld op de marsmuziek van de muziekkapel het paradeplein rond terwijl wij als trotse ouders (en het lief en de schoonouders) op de tribune de cameraatjes lieten klikken en flitsen om alles vast te leggen voor de eeuwigheid. Van al die marsmuziek word je vanzelf vrolijk. Mijn voeten begonnen spontaan mee te wippen op de maat en soms moest ik me inhouden om niet mee te gaan dansen.
Het was een schitterende parade. Met veel gevoel voor dramatiek werd voor de start van de ceremonie gewacht tot het invallen van de duisternis. Een grote volgspot knipte aan. Een voor een werden de studenten uitgelicht. Stokstijf van de stress en strak in full galakostuum stonden ze daar ieder hun beurt af te wachten. Eenmaal midden in de lichtcirkel, brulden ze hun eed met zoveel overgave alsof hun leven ervan af hing. En dat deed het misschien ook wel een beetje.

De KMS heeft de kracht van rituelen goed begrepen, en wij zijn fan van het vieren van successen. Dit soort momenten zijn er om te koesteren en in te kaderen. Een gouden lijstje eromheen en bewaren voor de eeuwigheid. Daarom vierden we het later thuis nog eens dunnetjes over. Met een etentje en speeches en een reeks lekkere hapjes waarvoor we met drie man sterk anderhalve dag in de keuken hebben gestaan.
Ik had zelfs een diashowtje bij elkaar geknutseld van de foto’s die ik in de loop van de jaren bewaard heb in twee mapjes: ‘Wouter studeert af’ en ‘Jerome studeert af’.
Helemaal vlekkeloos liep dat niet en van de jonge doctorandus kreeg ik dan ook standje: ‘Daar had je wel wat meer werk in kunnen steken, hè mama.’
Daar had hij wellicht gelijk in maar zolang een dag maar 24 uur heeft, kan een mens maar zoveel als hij kan, nietwaar.

Enfin, het was een heuglijke avond, de officier kreeg een sabel met inscriptie en de master in science had zijn afstudeercadeau al in Zweden in ontvangst mogen nemen.
Alleman content en de nodige gin-tonics, wijntjes en tussendoor zelfs een Scroppino – zeg nu nog eens dat ik geen moeite doe – verhoogden de algehele feestvreugde tot een ongekend niveau.

Wij zijn blij met alle successen, en tegelijk: dit is nog maar het begin. Nu start het pas echt. En hoe goed ze ook gelanceerd zijn, het leven komt nu eenmaal met ups en downs. Er is niks dat er niet bij hoort.
Ook dan hoop ik dat die kerels van ons hun weg naar huis vinden en dat wij er voor hen mogen zijn. Het hoeft niet altijd goed te gaan. We houden evenveel van ze als het even tegen zit. Dat geldt natuurlijk evenzeer voor het pubertje dat we nog in huis hebben en voor wie we ooit ook heel graag zo’n feestje in elkaar zullen boksen als ook zij haar grote mijlpalen bereikt.
En verder hopen we gewoon dat ze nog heel lang graag en vaak naar huis zullen komen en vaak hun voeten onder tafel zullen steken.
Met veel plezier kloppen wij daarvoor nog een scroppino. Cheers.

PS: Jerome moest passen voor de scroppino… hij mocht op de koffie bij de koning. Een officier moet zijn prioriteiten kennen.


Van deze muziek word je vanzelf vrolijk. Meer is op eenvoudig verzoek bij mij verkrijgbaar 😉