Vrijdag de dertiende

Vrijdag de dertiende was het, ik zal het nooit vergeten. Het begin van een schoon verbond tussen zen en mijn huisartsenwerk. En dat het nooit meer stuk zou kunnen, werd die dag meteen duidelijk.

Stapje verder
Ik was al een jaar of twee bezig met zenmeditatie, toen het tijd werd voor de volgende stap. Ik koos voor zencoaching en zou die dag het eerste coachinggesprek hebben met mijn zenmeester. Ik had een helse week achter de rug, en donderdag had ik het punt bereikt dat het niet gekker kon worden. Toch wel: op die  vrijdagochtend de dertiende meldt dokter nummer 4 zich ziek, zodat ik moest werken op mijn vrije dag. En dat ging moeiteloos. Ik was het punt voorbij dat ik me er nog druk over maakte. Kennelijk had ik zomaar een glimp van verlichting bereikt zonder het te weten. Nou, kom maar op met die verlichting!

Tandvlees
Nadat ik mijn zencoach vertelde dat ik op mijn tandvlees liep, kreeg ik niet te horen: ‘Je moet het even rustig aan doen, goed voor jezelf zorgen, nee leren zeggen of een time out nemen’, niets van dat alles. Ik kreeg de spreekwoordelijke schop onder de kont. Niks zweverige zen, maar direct, stevig en paradoxaal. De coach zei: ‘Nu ik je verhaal heb gehoord, ga ik je een advies geven. Ik wil dat je daarnaar luistert en de eerstvolgende vijf minuten niet reageert (dat deel van de opdracht leek me niet zo moeilijk: we waren aan het wandelen in het bos). Vanaf maandag ga jij, in plaats van tien minuten per patiënt, tien patiënten per uur spreken.’ Ik schoot in de lach. Wat een absurd advies! Tot zover de zencoaching, dacht ik. ‘Ook geen non-verbale reactie!’, werd ik meteen terecht gewezen.

Lachstuip
Nadat ik was bekomen van de lachstuip, begon ik de zin van zijn advies in te zien. Als het mij lukte dat spreekuurblok in te korten, zou ik eindelijk tijd overhouden voor die bergen administratie en al die andere klussen die een huisartsenpraktijk met zich meebrengen. Dat geeft weer meer rust. Maar zouden patiënten dat wel pikken? Liep ik niet het risico dingen te missen? Hoe ging ik dat doen met de diabetes jaarcontroles? Daar komt zoveel administratie bij kijken dat je dat niet in tien minuten gepropt krijgt. En vooral: was dit wel verantwoord? Want het advies kwam wel van een niet-arts, dus ik bleef er heel kritisch over.

Harder werken
Toch ging ik het proberen. Tien patiënten per uur, gebruik makend van alle aandacht, concentratie en intuïtie die ik heb en met behoud van energie waar ik op deze manier veel zuiniger mee omspring. Zodat er nog wat overblijft voor mezelf en de belangrijkste mensen in mijn leven. En mét behoud van de relatie met de patiënt. Want mijn zenmeester voorspelde me niet alleen dat ik meer patiënten in een uur echt goed kan zien, maar dat ik ze ook veel gelukkiger maak in dat consult. Want dat is wat aandacht, concentratie en intuïtie doen met een mens.

Gouden greep
Het advies bleek een gouden greep te zijn. Het heeft een ommekeer betekend in mijn huisartsenwerk. Niet alleen heb ik deze spreekuurplanning twee maanden lang volgehouden, patiënten zijn meer tevreden. De eerste drie patiënten van dat maandagochtend-spreekuur liepen de deur uit met zinnen als: ‘O wat fijn dat het goed is’, ‘Gelukkig dat het niks ernstigs is’, ‘Dank u, ik ben helemaal gerustgesteld’.

Té goed
Ik stond perplex. Had ik al die jaren mijn patiënten tekort gedaan door het misschien té goed te willen doen? En daardoor meer in een defensieve reflex – de druk om niks te missen, weet u wel – vastgezeten dan ik van mezelf bewust was? Nee, met zen en deze huisarts kan het nooit meer stuk.

(Deze tekst verscheen eerder op Zorgkaart Nederland – zorgkaartnederland.nl)