Minisabbatical

M’n maand thuis als ‘werkloze’ vrouw zit er bijna op, en o wat heb ik ervan genoten. Werkloos is heel relatief in dit verband, want ik heb me met overgave gestort op de ‘kwadrant B’- taken. U weet wel, die klussen waar je nooit aan toekomt vanwege druk druk druk, maar die juist zo enorm veel voldoening opleveren als je je er echt aan hebt kunnen wijden.

Zo is de hele stapel achterstallige vakliteratuur eindelijk een kopje kleiner gemaakt, ben ik zwaar in de euthanasielectuur gedoken en heb me eindelijk het nieuwe dienstroosterprogramma eigen gemaakt.
Veel tijd ging ook naar andere vormen van scholing: op het programma stonden drie trainingsdagen en één congres van de Levenseindekliniek (tjonge, wat pakt die club het gedegen aan!), de befaamde Barning vierdaagse nascholing – echt een begrip in Midden-Brabant – en een minisesshin (zenretraite). Even mentaal detoxen.

Echt werkloos kun je dat bezwaarlijk noemen. Het opzetten van mijn nieuwe eenmanszaakje als waarnemer vroeg aandacht, en ik moest me inwerken in de nieuwe praktijken waar ik ga waarnemen.

Toch bleef er genoeg tijd over om te mediteren en te schrijven. Sinds ruim een jaar volg ik een schrijfcursus, en eindelijk is het me gelukt om die WordPress onder de knie te krijgen en een eigen blog op te zetten. Peanuts eigenlijk, maar hier spreekt een vrouw met een grondige hekel aan uitzoeken hoe technische ICT-dingen werken. Als het dan toch lukt, geeft het wel een enorme boost.

Wat het meest deugd deed? Voor het eerst in jaren weer mentaal aanwezig zijn thuis. Niet meer alleen lijfelijk. Echt beschikbaar zijn voor de kinderen. Dit herinner ik me alleen van zwangerschapsverlof vroeger.

Dus ja, een beetje spijt dat het erop zit, heb ik wel. Dat bedacht ik me zo tijdens het rennen in het bos vanochtend. Meteen daarna kwam een bevrijdende tweede gedachte: ‘Hé, maar dit kan ik nog eens doen! Ik ben nu eigen baas, dus wat let me om nog eens een maand vrij te organiseren in de toekomst? Flink sparen, en dan een dik kruis zetten in de agenda: een maand geen opdrachten.’

Een maand thuis. Lijkt me een goed recept voor elke arts.

(Deze tekst verscheen eerder op Medisch Contact – medischcontact.nl)

Daar is de lente

Nou moe, lente hoor. Begint het nog te regenen ook als ik dochter naar school fiets. Daar kan mijn dikke donsjas – ja dat is nog echt nodig – helemaal niet tegen.
Dochter wilde vandaag perse in het groen naar school. Dat heeft de juf gevraagd om het nieuwe seizoen te verwelkomen. Groene broek, fluogroen T-shirt en groene trui. Ze blijkt de enige op school te zijn. Domper op de feestpret.

Nochtans was de dag beloftevol begonnen. Lees verder

Cijferangst

Ik ren het ene rondje na het andere op de Finse piste bij de spoorweg. Ik moet wel, want de stresshormonen moeten eruit. Die komen van de DERK-klus die ik vanochtend móest doen. DERK = Doe Eerst De Rotklus. En reken maar dat het doorspitten van zo’n verzekeringsofferte een Rotklus is. Lees verder

Hi there!

Ik ben Martine. Ik schrijf.
Schrijven en ademen zijn basisbehoeften om te kunnen zijn wat ik ben: vrouw, moeder, echtgenote, huisarts, schrijfster, zoeker met een kluizenaarszieltje.

Deze blog is een vrijplaats en broedplaats om te zoeken en ontdekken waar het om gaat. Waar jij en ik blij van worden. Een rustplekje om op adem te komen of troost en een aai over de bol te krijgen.
Stoom afblazen kan ook. Een pleister als het schuurt.
En een zoen van de dokter. Welkom op mijn blog.

En nu, aan de slag. Schrijf alsof je leven ervan afhangt!

Coach

Herfstwandeling
‘Hoi Martine. Wat een moedig besluit en mooi om te zien dat je bezig bent met de dingen die er voor jou toe doen! Mocht je een keer langs de A2 rijden tussen Den Bosch en Utrecht, nodig ik je uit om een herfstwandeling te maken. Gezonde groet. Desiré.’
Desiré is loopbaancoach voor artsen. Ze heeft me ruim twee jaar geleden gecoacht toen ik al twijfels had over mijn plek in de huisartsenpraktijk waar ik op dat moment dertien jaar werkte. De ongezond hoge werkdruk greep me er naar de keel. Ik had haar gemaild dat ik de knoop had doorgehakt om uit de praktijk te stappen.

Lentewandeling
Exact zes maanden, één week en vijf dagen na deze mail komt het er eindelijk van, die herfstwandeling. Al is het ondertussen bijna een lentewandeling: over minder dan een week begint de lente en de narcissen staan al hoog om de stammetjes van de beukenbomen, al snijdt de wind ons koud in het gezicht.

Buikpijn
Er valt veel bij te praten na die lange tijd en laverend om modderpoelen en diepe tractorsporen vertellen we elkaar hoe het ons vergaan is in de tussenliggende jaren. Zij heeft privé veel meegemaakt met een heftig overlijden, ik ga werken voor de Levenseindekliniek. We vinden elkaar, we hebben allebei iets met de dood en hoe intens het leven daarrond vaak wordt. Voor leven geldt net als voor werk: goed afscheid nemen is belangrijk. Goed afsluiten, de pijn doormaken. Hoe zuiver ons lijf vaak vertelt wat er is; soms letterlijk: Desiré vertelt over buikpijn en barensweeën. En uit de doorgemaakte pijn de levenslessen puren die je meeneemt naar vandaag.

Driesprong
Als we op een driesprong aankomen, neemt de coach in Desiré het over: ‘Martine, kijk hier eens rond en vertel hoe je in dit landschap ziet wat je hebt achtergelaten en waar je naartoe gaat.’
Mijn blik valt op het veld met de laag afgeknotte stammetjes van een beukenhaag. ‘Dat is duidelijk de praktijk die ik heb achtergelaten: er is verlies, er is een gat geslagen, maar het is ook schoon achtergelaten, het kan weer groeien. Mijn opvolgster kan als een vaardige hovenier haar eigen stempel drukken.’
Om van het veld naar de weg te raken, moet ik nog een modderstrook doorploegen om bij de driesprong te komen. Dat klopt ook wel: de overgangsfase is vreemd, onwennig afkicken van de ren-je-rot-drukte.
Bij de driesprong kan ik kiezen: links of rechts op een goed onderhouden verharde weg, wind mee of tegen. Of recht vooruit: een onverhard tractorspoor. M’n eigen weg vinden.

Frisse wind
De toekomst ligt open, ik kan alle kanten uit. Wat een bevrijdend vooruitzicht. Laat de frisse scherpe wind ondertussen maar flink de beangstigende onzekerheden wegblazen.
In het pannenkoekenrestaurant aan het einde van de wandeling warmen we ons aan een romige cappuccino en een punt monchoutaart. Schoenen vol modder onder de tafel. Dat heb je zo met driesprongen.

(Deze tekst verscheen eerder op Medisch Contact – medischcontact.nl)

Mensenmens

‘Tja, jij bent een mensenmens. Die houden het in de zorg niet vol.’ Mevrouw Van Geel stelt het laconiek vast bij het bezoekje dat ik haar in het ziekenhuis breng.

Ze is opgenomen omdat ze te ziek werd van de chemo. Jarenlang had ik alleen maar haar man gezien op het spreekuur, en toen zij een keer kwam, was het meteen mis: de kortademigheid waar ze de laatste tijd last van had, bleek van een longtumor te komen.

Er was meteen die goeie klik in onze verstandhouding die alle versieringen overbodig maakt. Recht naar de kern, ze wilde het over euthanasie hebben. Dus hadden we het daarover. Zij is zo’n ferme vrouw die heel goed weet wat ze wil en vooral ook wat ze niet wil. Dus wilde ze weten wat ze aan me had en me haar wensen duidelijk maken. We mochten elkaar meteen.

Het eerstvolgende gesprek daarna was dus dat ziekenhuisbezoekje. Waar ik met hangende pootjes moet gaan vertellen dat ik intussen besloten heb de praktijk te verlaten. Lastig, nu we net het onderwerp euthanasie hebben besproken. Het verrast haar niet, ze had zelf de diagnose al gesteld. Een mensenmens.

Gelukkig blijkt mijn opvolgster ook van het mensenmenssoort. Ik heb de euthanasievraag van mevrouw Van Geel aan haar over kunnen dragen. Ik ben blij dat ik zo’n opvolgster gevonden heb. Dat ik überhaupt een opvolgster gevonden heb voor zo’n moeilijke praktijk. Nu duimen dat ze het volhoudt.

NB: Mevrouw Van Geel heet natuurlijk niet zo. Ze heeft wel toestemming gegeven voor dit stukje.

(Deze tekst verscheen eerder op Medisch Contact – medischcontact.nl)