Martine Schrage en Bram Tjaden, bloggers voor Medisch Contact, corresponderen met elkaar over wat hun artsenbestaan met hen doet. En het aardige is: we mogen allemaal meelezen. Volg de conversatie >
Hoi Bram,
Wat naar, die hartkloppingen van je. Maar eigenlijk ook weer goed dat je lijf je terugfluit als dat nodig is. En dat je de boodschap begrijpt en ernaar handelt. Of juist niet handelt in jouw geval. Even rust en pas op de plaats. We hollen ook maar door altijd.
Al ben ik nu heel blij dat ik weer kan hollen: vanochtend voor het eerst – bijna drie weken na mijn enkelblessure – weer een stukje kunnen rennen, en wat deed dát een deugd! Ook vanochtend voor het eerst weer in mijn oude vertrouwde meditatiehouding kunnen mediteren. Door die dwarse enkel kon ik de afgelopen weken alleen maar zitten met mijn benen naar achteren, maar nu kan het dus weer in de houding waarin ik het liefste zit: mijn benen gekruist onder me. Nee, geen lotushouding, ik ben niet zo’n elastieken mens die zich helemaal kan opvouwen.
Maar gelukkig dus dat ik weer kan rennen en mediteren, ik heb dit echt nodig als tegenwicht in ons drukke werk en miste het. Het was heerlijk om me in het bos weer in het zweet te kunnen werken. Om nadien mijn schouders los te kunnen zwaaien die verkrampt voelden door de vele uren schrijven aan een verslag. Zo merkte ik vanochtend hoezeer de euthanasie die in de komende werkweek gepland staat me bezighoudt. Alle emoties en gedachten eromheen dwarrelen dan naar de bodem, ik word me bewust van wat het me doet en weet dat ik bij dit alles ook voor mezelf te zorgen heb. Anders kan ik niet goed voor deze familie zorgen. En tegelijk zijn er zoveel praktische dingen te regelen. Mijn tas staat klaar: het hele dossier zit erin – labeltjes op de plaatsen waar ik de laatste details nog moet noteren nadat de euthanasie is uitgevoerd –, het euthanaticarecept, de doos die ik gebruik om de vijf spuiten in de juiste volgorde klaar te leggen, de KNMG/KNMP-richtlijn Uitvoering euthanasie die ik er altijd nog even bij pak, een matje om onder de arm van de patiënt te leggen voor het geval ik knoei bij het bedienen van het infuuskraantje, het koeltasje om de reserve-euthanatica in te bewaren en een bloemenbon voor de geweldige apotheker die bereid was me uit de nood te helpen toen de eigen apotheek van de patiënt dat op de valreep weigerde. Het is allemaal even belangrijk. The heart must have hands, the hands a heart, zegt het labeltje van mijn ochtendkop thee na deze meditatiesessie.
Hart en handen, handen en hart. De hele essentie van het dokter zijn. Nou maar zorgen dat het regelmatig blijft kloppen
Warme groet,
Martine
(Deze tekst verscheen eerder op Medisch Contact – medischcontact.nl)