Het is zover, het zit erop. Zes maanden Hoogstraten zijn voorbij gevlógen!
En wat was dat fijn.
Er zijn babies geboren (daar was de hele vervanging voor bedoeld natuurlijk), er zijn een paar ellendige virusgolfjes gepasseerd en er zijn een hoop nieuwe ervaringen opgedaan. Het was mooi, het was goed, ik heb er enorm van genoten.
Wat een fijne populatie daar! Heerlijke patiënten. Down to earth, gezond verstand, het hart op de juiste plek, respectvol, vriendelijk, volmondig meewerkend om gegeven adviezen op te volgen, zelfredzaam. Wat een heerlijke ervaring.
Hoogtepunten? Veel!
De vele fietritten heen en terug, de ontmoetingen met vrienden en plaatsen uit mijn jeugd (de herbeleving van mijn jeugd – quoi), de regelmatige bezoekjes op het kerkhof aan het graf van mijn ouders, (ja, dan kom ik daar ook eens), die geslaagde schouderrepositie al meteen in de eerste week ofzo, de fijne collega’s en secretaresse, de verrukkelijke cheesecake uit de Delhaize (die er later niet meer te vinden was), dat Holsteinrund en die crème brûlée om duimen en vingers bij af te likken en waar ik al over verteld had in een eerder blog.
De koekjes van Het Chocoladehuis die ik ter afscheid kreeg niet te vergeten natuurlijk!
En de innerlijke vrede die voortkomt uit het maken van keuzes die me passen als een handschoen: het vrijbuitersleven van de vrije waarnemer. Hard werken, hard vakantie vieren.
Wat ik overigens voluit aan het doen ben natuurlijk, nu de vervanging erop zit.
Dieptepuntjes? Ja, die waren er natuurlijk ook. What goes up, must come down.
De top van de vierde golf. Of eerder het dal daarvan. Toen ik even niet meer wist waar ik het zoeken moest en met mijn hoofd in mijn handen aan het bureau zat te bedenken of ik gillend weg zou rennen of toch nog eens diep adem zou halen en voortdoen tegen heug en meug.
Het werd voortdoen natuurlijk, ik laat mensen niet in de steek.
Of die donderdagavond toen ik moederziel alleen nog aan het werk was en op de groepsapp de ene na de andere idyllische foto zag passeren: gelukkige gezinnetjes met of zonder baby op de bank, poserend in de sneeuw of vrolijk aan de wijn. Toen heb ik me uit zelfbescherming toch maar even verwijderd uit de groepsapp.
Een dieptepuntje mag het niet heten, maar een spiegel heb ik ook wel gemist. Handig als je net twintig kilometer door weer en wind hebt gefietst en even wil checken of je nog toonbaar bent voor de werkdag. De glazen voordeur van de bovenburen kon bij gebrek aan spiegel wel dienst doen.
(Wel heel bijzonder trouwens als je er even over nadenkt: een groepspraktijk met alleen maar vrouwen en dan nergens een spiegel te bespeuren.)
En ja, die ene terugrit toen mijn fiets kapot was en ik op de veel minder fijne fiets van mijn man naar huis reed na een lange werkdag. Koud, moe, er was geen lol meer aan te beleven en ik kon alleen nog maar denken ‘WTF am I doing here?’
(Er waren de nodige ochtenden dat ik liever in winterslaapmodus was gebleven dan te gaan werken, maar dat lag meer aan het seizoen dan aan het werk. Die hele donkere natte winter gaat je niet in de koude kleren zitten. We zijn er als mens simpelweg niet voor gemaakt. Maar dat is mijn bescheiden n=1 mening als ervaringsdeskundige?)
Toen ben ik – tijdelijk – overgeschakeld op de auto. Dat was eigenlijk nog grappig, want die auto hebben we al een paar jaar en ik had er al die tijd nog nooit fatsoenlijk mee gereden op een occasioneel ritje na. Al een jaar of vijf doe ik alles met de fiets. Ik vond die hele auto maar niks. Mijn vorige auto was veel fijner, deze zou er nooit tegenop kunnen.
Maar ondertussen zijn we vriendjes geworden. Het is echt een hele fijne auto, zo heb ik moeten ondervinden. (Toch gaat hij onherroepelijk de deur uit nu we ons hart – en ons geld – verloren hebben aan het campervannetje dat we eindelijk binnenkort kunnen gaan afhalen)
Over vriendjes gesproken: terugkeren naar de plek waar je opgroeide is terugkeren naar je jeugd. Naar die jonge jaren van ontdekking en onschuld, waarin het leven je nog geen blutsen en builen bezorgd heeft en alles nog mogelijk was. En terugkeren naar de mensen die je kennen zoals de mens die je diep vanbinnen altijd gebleven bent.
Zo’n kans moet een mens met beide handen grijpen. Om dat te vieren staat er nog een etentje gepland met vrienden en vriendinnen van vroeger. Wat kijk ik daarnaar uit!
Maar ik wijk af.
Want ik wou alleen maar zeggen: bye bye Hoogstraten, het was een superfijne ervaring!
Dankjewel Hanne, Lies, Olga, Nathalie en Kristel. Wie weet tot ziens. ??
Beste dokter Martin
Ik hoop echt dat je trug in turnhout een praktijk opent , ik mis je als mijn dokter ik hoop dat ik binnenkort goeie nieuws kan krijgen ?
het zal nog even duren vrees ik… het vervangen en de vakanties tussendoor bevallen met voorlopig nog veel te goed… Maar wellicht zal ik me ooit weer op een vaste plek vestigen en dan hoor je het van me!
Ik zal je missen!!!!
Ik jou – en Hoogstraten – ook! ?
Wij missen je ook in turnhout. Kom maar snel terug. ?
?
???mooie, ontroerende en humoristische samenvatting van een toch stormachtige tijd..Hoe je de plooien glad strijkt met al het positieve dan in je zit. Opdracht geslaagd : met een grote strik errond ?
En hierbij een mooie dikke strik terug voor jou om jou te bedanken: ?
Mooie, grappige, ontroerende samenvatting van een toch wel bewogen en met momenten stormachtige tijd.
Maar al bij al positief en optimistisch afgesloten.
Alsof je al een voorsmaakje kreeg : de zee wordt altijd wel weer kalm 😉 Tenminste als je er, zoals jij, de juiste ogen en ingesteldheid voor hebt.
Vaart wel verder!
Wat een mooie woorden, Els. Ik koester ze, bewaar ze in mijn hart en neem ze mee op de zeereis naar Finland straks! ?