Ontdopen

Martine en Ingrid, u kent ze als bloggers, corresponderen ook met elkáár – al dan niet via hun bonte beestenboel – over wat het dagelijks leven met hen doet. En het aardige is: u mag allemaal meelezen.

Beste Ingrid,

Sinds Sam kantoor houdt op onze slaapkamer, moet ik naar boven als ik haar wijze licht wil laten schijnen over een heikele kwesties die ik niet verteerd krijg. Nu er een hond bij gekomen is in háár huis, verwaardigt ze zich enkel nog naar beneden te komen voor het hoognodige (muizen meedogenloos treiteren om ze daarna aan flarden te scheuren, of in de zon haar pelsje gloeiend heet laten opwarmen) en dan nog onder strikte voorwaarden. Dat wil zeggen: alleen als wij als politieagenten waken over de verkeersstromen van de in vacht gehulde gezinsleden doorheen dat huis. Onze rollen zijn duidelijk: de ene leidt de hond af met lieve woordjes en aaitjes, de andere houdt tussen- en voordeur open zodat Sam ongemerkt naar buiten kan glippen. Glippen klinkt sneller dan het er in werkelijkheid aan toegaat. Door haar deurentrauma waarover ik in een eerder blog vertelde, kan dat glippen tot een kwartier in beslag nemen. De hond vindt dat prima en geniet gedurende het hele proces van al die onverwachte aandacht.

Omdat ik met een vrije geest van gedachten wilde wisselen over de netelige kwestie van het ontdopen, toog ik dus met de weekendkrant onder de arm de trap op.
‘Ik vind dat ontdopen vreemd, of toch zeker hoe mensen ermee uitpakken. Op mij komt het over als het nieuwe deugpronken, een soort held willen zijn,’ lees ik haar voor uit het artikel dat vier volle pagina’s lang een antwoord probeert te bieden op de vraag Hoe almachtig en rijk is de kerk hier nog?
Sam houdt haar blik gefixeerd op een mug die tegen het vliegenraam zit. Ik hoop dat ze hem pakt en lees verder: ‘Ik zie niet in waarom ik me uit het doopregister zou laten schrappen: het heeft geen enkel gevolg. In de praktijk ben ik al heel lang geleden uit de katholieke kerk gestapt, op de enige manier die er echt toe doet: door er niet meer aan deel te nemen.’

Oei, zeg ik tegen Sam, ik heb er wel heel hard aan deel genomen, aan werkelijk álle overgangsstadia van mijn leven is een priester te pas gekomen. Doop, twee communies, katholieke basisschool, daarna een strenge nonnenschool voor het middelbaar en vervolgens studeren in Leuven aan een universiteit die zijn K vooralsnog niet wil laten vallen, huwelijk en tenslotte alledrie de kinderen laten dopen, eerste communie en bij twee van de drie ook een plechtige communie.
Ik heb een fantastische oom gehad die pastoor was en openlijk een vriendin had. Joke kwam gezellig mee naar alle familiefeesten en iedereen vond dat prima. Oom Ton was een franciscaan en ik houd warme herinneringen aan bezoekjes aan de communiteiten in Amsterdam en Brussel waar hij gewoond heeft. Toch schuurde er al lang iets.
God afzweren en mezelf een atheďst noemen, ging me nog te ver, ik heb me dan maar lange tijd als een culturele katholiek beschouwd en dat vond ik een prima tjevencompromis. Zeggen dat er een god was, dat kreeg ik ook niet meer over mijn lippen, maar dat er wel ‘iets’ was, daar kon ik mee leven.

Sam heeft de mug nu te pakken. Voor de aai die ik haar dankbaar wil geven, duikt ze weg. Sam heeft een vermijdende hechtingsstijl overgehouden aan haar jeugd met het deurentrauma.
Toen ik voor het eerst een euthanasieverzoek op mijn bord kreeg, heb ik nog flink moeten worstelen met dat katholieke gepokt en gemazeld zijn. Mocht een mens wel dood gemaakt worden? Maar toen ik begreep dat het ging om het helpen van een mens in zijn diepste nood, was de schuldvraag niet meer aan de orde.

Sam heeft geen enkel probleem met muizen en vogeltjes de strot afbijten. Zelfs als ze al lang niet meer bewegen, speelt ze er nog uren mee. Ze gooit de bloederige lijkjes in de lucht en gaat vervolgens helemaal op in haar eigen spelletje en doet alsof ze nog leven. Wreed.
Ooit was de kerk een bron van zekerheden, nu zijn er meer vragen dan antwoorden, en veel wrede daden.
Sam draait een paar rondjes rond haar eigen as om zich zo compact mogelijk opgerold tegen de opgeslagen rand van het dekbed te nestelen.

Ik lees verder voor. ‘Zowat 80 procent van alle middelen die in totaal naar levensbeschouwingen vloeien, gaat naar de katholieke kerk. Dat staat niet in verhouding tot het aantal effectieve gelovigen. […] Het systeem is archaďsch tot en met.’ Sam luistert niet. Waarom zou ze ook? Het systeem blijkt sinds de invoering door Napoleon niet meer veranderd. Haar oogjes zakken dicht en ze maakt aanstalten om een dutje te gaan doen.

Vorige week heb ik de mail om te ontdopen naar het bisdom Antwerpen gestuurd. ‘Ben ik nu een deugpronker?’ vraag ik aan het zachtjes induttende diertje. Ik kriebel haar onder haar kinnetje en dat laat ze zich welgevallen. Door haar kopje naar links of rechts te draaien, stuurt ze mijn hand naar de plekjes waar ze graag gekriebeld wil worden. Sam weet wat ze wil. En ik?
Sinds de documentaire reeks Godvergeten, wil ik er echt niet meer bij horen.
Maar dat gaat zomaar niet. In antwoord op mijn mail, stuurt het bisdom me nog wat huiswerk vooraleer ze bereid zijn me uit het doopregister te schrappen.

Sam heeft nu schoon genoeg van mijn gekriebel. Als haar limiet bereikt is, krijg je een lel. Haar pootje haalt vliegensvlug uit en als je niet snel maakt dat je weg bent, krast ze met haar vlijmscherpe klauwtjes een paar rode strepen op je arm. Wegwezen geblazen, madam heeft nood aan rust. Ze krult zich terug op en knijpt haar oogjes stevig dicht.

Ik vertel haar nog snel wat ik leerde uit de podcast van De Standaard over hoeveel van ons belastinggeld naar de katholieke kerk gaat. Het zou gaan om zo’n 80 tot 90 euro per persoon. Van mij mag dit geld linea recta naar de kinderopvang. Of naar daklozen en vluchtelingen. 
Een pak beter besteed lijkt me dat.

Verstoord in haar slaap trekt Sam een oog verwijtend open. En al die kaarsjes die jij in kerken brandt dan? Stop je daar dan ook mee? En al die pauzes die jij neemt in kerkgebouwen omdat je zo van de rust daarin houdt?
Alsof kerkgebouwen en kaarsjes onmisbaar zijn, zo lijkt Sam ongegeneerd te demonstreren. Wat heb je meer nodig dan een lekker warm bed, een kommetje vol brokjes en af en toe een vette muis?

Thanks Sam, good talk.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.