En ik die dacht dat hotelnacht 1 hel was? Well, you ain’t seen nothing yet, here comes hotelnacht twee, maak je borst maar nat. Ik heb geen oog dicht gedaan en dat was nog maar het begin van de miserie. Ik moet ergens toch een uurtje in slaap gevallen zijn want ik fietste langs ondergelopen oevers, en dat moet wel een droom geweest zijn in deze tijden van aanhoudende droogte.
Deze keer had ik koffie en blauw licht achterwege gelaten en had ik weer de melatonine genomen. Tot een uur of halfeen sliep ik dan ook redelijk. Toen begon de verkoudheid die ik nog snel van manlief cadeau had gekregen me parten te spelen: hoofdpijn, loopneus, keelpijn. Opstaan, slokje water drinken, neus snuiten, terug bed in.
Draaien, woelen, buik, rug, terug buik, terug snuiten, beetje dommelen.
En toen – ik verzin dit niet – ging het brandalarm af! Echt. I kid you not. Het brandalarm ging af, en ik kreeg dat lacherige gevoel: is het nou een grap of is het echt? Waarschijnlijk heeft één of andere idioot een sigaret opgestoken in zijn kamer. Zal wel. Maar toch, moet ik nou naar beneden of niet? En zo ja, neem ik iets mee of niet? Stel dat het nou echt ergens brandt?
Ik trek een joggingbroek aan onder mijn nachthemd, zet m’n bril op m’n neus, gris mijn handtas en laptop mee en ga de gang op. Daar blijkt al een hoop volk in dezelfde verwarring rond te dolen. De branddeur verspert de trap en de lift werkt natuurlijk niet. We schuiven de zware deur opzij en terwijl steeds meer kamerdeuren zich openen – vreemde vogels van allerlei pluimage verblijven er in zo’n hotel! – gaan we allemaal naar beneden.
Ja hoor, er is echt brand: ergens heeft een hotelgast een handdoek over een lampje gehangen, waarop de handdoek in brand is gevlogen. Dikke rookgeur hangt in de lobby en het bewijsstuk ligt buiten nog na te smeulen. Gevaar geweken.
Iedereen druipt terug af naar de kamers. Klaarwakker nu is slapen geen optie meer. Het brandalarm gaat nog een paar keer af door de rook die beneden is blijven hangen. Ik zet de TV aan. Kijk een paar keer naar de journaallus, en daar zal ik het mee moeten doen want de andere kanalen bieden enkel nog porno of teleshopping. Het éénzijdige dieet van de nachtmens.
De rest van de nacht breng ik woelend en draaiend door, hier en daar een hazeslaapje is alles wat ik nog aan nachtrust sprokkel. Eindelijk wordt het licht buiten, ik neem een douche en begin dit stukje te schrijven. De geur van gebakken eieren waait binnen langs de openstaande terrasdeur.
Hoofdpijn, snotneus, keelpijn, en de dag moet nog beginnen. En dan is vandaag ook nog eens dag twee van de uitdaging die ik gisteren gestart ben: rondsurfend ontdekte ik via Kelly’s blog de app ‘Quit that’. Die app gaat mij helpen om eindelijk te stoppen met snoepen. En ik heb nu al hoofdpijn, dat belooft. Niet bepaald het ideale moment om uitdagingen aan te gaan. Maar schrijfmaatje Marieke is onverbiddelijk aan het ontbijt: confituur mag niet, ook bij de maaltijden geen suiker (Een glas rosé mocht gisteren nog wel bij het eten, bij wijze van galgenmaal). Ik mag zelfs geen pure chocola. Mijn God, waar ben ik aan begonnen? 22 Uur geleden is de grote quit-suiker-challenge gestart, meldt de app me.
Koffie. Ik heb koffie nodig
Hopelijk mag je vannacht rustig slapen .
Gaat zeker lukken: lekker in mijn eigen nestje, heerlijk! Ik kijk er al naar uit 🙂