‘Dag mevrouw, deze rommel heb ik hier net in de omgeving opgeraapt, mag ik dat bij u in de vuilbak doen?’
De mevrouw die net door haar voordeur naar buiten stapte, kijkt bedenkelijk naar het handjevol zwerfvuil dat ik in mijn hand omhoog houd. Ik heb geen zak bij me en kon het weer niet laten om de rommel die ik zag liggen op te rapen.
Ze denkt na, haar mond in een rechte streep.
‘Nee, liever niet,’ antwoordt ze dan zuinig, ‘mijn mama moet hier ook voor betalen.’
‘Oké dan,’ slik ik. ‘Ik ben wel uw buurt aan het opruimen, hè!’ kan ik niet nalaten er nog aan toe te voegen.
De verzurging van de maatschappij, keer op keer schrik ik me er het apelazarus van. Maar de handdoek in de ring gooien, dat doen we niet.
En het is niet omdat het vandaag woensdag is, dat we gaan verzaken aan ons wekelijks zwerfvuil-blogje.
Ik had even andere katjes te geselen. Het is met zwerfvuil namelijk net als met werkgedoe: het komt altijd terug. Hoe hard je ook opruimt en je best doet, je bent er nooit klaar mee.
En brood valt er ook al niet mee te verdienen. Soms droom ik naar analogie van ‘a penny for your thougts’ van een cent per mondmasker. Man, de hele vernietigde stock van Maggie ligt op straat voor het oprapen, ik zou schatrijk worden. Dát is nog eens een idee.
PS: en die bolderkar hierboven? Ideetje van het vooruitstrevende Westerlo: zwerfvuilruimers mogen die kar van de gemeente lenen om hun zwerfvuilrondes te doen. Ik heb de tip al doorgespeeld aan Turnhout, want lijkt me erg handig, zo’n bolderkar.
Nog niets van teruggehoord.
Volgens mij krijg je die niet, dan denken ze daar dat je er kinderen in gaat zetten! Ze hebben liever rommel in de buurt! Als het wel zo is, laat het dan eens weten!